Steeds meer ondernemingen hebben behoefte aan hoogopgeleide werknemers uit andere landen. Kennismigranten dragen naast hun waardevolle kennis bij aan het creëren van een mondiale mindset binnen een onderneming. Als erkend referent van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (hierna “IND”) kun je buitenlandse werknemers als kennismigrant in dienst nemen. Een erkend referent moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo dient de organisatie ingeschreven te staan in het Handelsregister en dient de continuïteit en solvabiliteit van de organisatie voldoende gewaarborgd te zijn. De toetsing van deze laatstgenoemde voorwaarde bestaat uit een aantal onderdelen waaronder begrepen de omzetprognoses van de organisatie. Maar wat als uw onderneming voldoende middelen heeft om het loon van de kennismigrant te bekostigen maar geen omzet draait? Wordt een verblijfsvergunning dan afgewezen ondanks dat uw bedrijf als referent voldoet aan de door de IND gestelde voorwaarden? In dit kader heeft de Rechtbank Den Haag een interessante uitspraak gedaan.
De feiten
Aan de kennismigrant is een reguliere verblijfsvergunning onder de beperking “arbeid als kennismigrant” verleend met ingang van 1 december 2015 en met een geldigheidsduur tot 1 juni 2016. Op 30 mei 2016 is door de referent een aanvraag ingediend om verlenging van deze verblijfsvergunning. Bij besluit van 1 september 2016 is die aanvraag afgewezen omdat niet aangetoond zou zijn dat de kennismigrant zelfstandig en duurzaam over voldoende middelen van bestaan beschikte.
De kennismigrant is als belanghebbende in bezwaar gegaan tegen het besluit van de IND. In bezwaar heeft de kennismigrant haar arbeidsovereenkomst en een werkgeversverklaring overgelegd en daarnaast bankafschriften van de referent, betalingsbewijzen van het loon en aangiften van de loonbelasting. Referent had een hoog bedrag beschikbaar op de bankrekening waarmee het loon van eiseres bekostigd kon worden. De IND heeft deze stukken ter verifiëring aan de Belastingdienst voorgelegd. Bij e-mail heeft de Belastingdienst laten weten dat de referent in 2015 en 2016 geen omzet heeft behaald en dat een gedeelte van het bedrag van de naheffingsaanslag niet was betaald. De aanvraag is om deze redenen wederom afgewezen door de IND. De kennismigrant heeft tegen het besluit op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank Den Haag.
Uitspraak
Op basis van bovenstaande feiten overwoog de rechtbank het volgende: het is aan eiseres (kennismigrant) om aan te tonen dat zij op een zelfstandige en duurzame wijze beschikt over voldoende middelen van bestaan voor de verlenging van de vergunning. Verweerder heeft in dit kader niet ten onrechte overwogen dat er twijfel bestaat over de wijze waarop het loon van eiseres precies wordt bekostigd, omdat de omzet van de referent nul euro bedraagt. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de eiseres onvoldoende inzicht geboden in de wijze waarop haar loon wordt bekostigd. Het enkel overleggen van bankafschriften waaruit bleek dat er een hoog bedrag beschikbaar was op de bankrekening van referent was niet voldoende. Ook was het onduidelijk wat de herkomst was van dit bedrag. Daarnaast is eiseres er niet in geslaagd te bewijzen dat zij loonbetalingen van de referent heeft ontvangen. Zo bleek wel dat de referent verschillende bedragen aan eiseres heeft overgemaakt, maar bleek de hoogte van deze bedragen sterk van elkaar te verschillen. Daarnaast zijn deze bedragen op onregelmatige momenten gedurende de maand naar de bankrekening van eiseres overgemaakt. De rechtbank acht het besluit van verweerder om de aanvraag te wijzen dan ook terecht en verklaart het beroep ongegrond.
Conclusie
Ondernemingen die kennismigranten in dienst nemen zijn afhankelijk van de verblijfsstatus van de kennismigrant. Om te voorkomen dat die verblijfsstatus niet wordt verlengd, moet de onderneming er op letten dat de onderneming omzet genereert en blijft genereren, zo blijkt uit deze uitspraak. Zo niet, kan door de IND in twijfel worden getrokken hoe het loon van de kennismigrant wordt bekostigd. Daarnaast is het raadzaam om het loon van de kennismigrant op maandelijkse basis te voldoen. Ook de hoogte van het loon mag aldus niet te veel fluctueren.
Wees als onderneming dus bedacht op het feit dat uw erkenning als referent niet onmiddellijk impliceert dat de in dienst genomen kennismigrant daadwerkelijk een verblijfsvergunning krijgt. De door de IND gestelde voorwaarden worden bij de beoordeling van de aanvraag strikt toegepast waarbij het hebben van omzet binnen de onderneming een belangrijke rol speelt.
Mocht u naar aanleiding van deze best practice vragen hebben over dit onderwerp, neem dan contact met ons op.
28 november 2017